Design Thinking of Creatief Proces

Het denkproces van kunstenaars en designers biedt een model waarbij divergent en convergent denken elkaar afwisselen. Het proces start met een uitdaging waarbij de denker zich persoonlijk betrokken voelt. Daarop volgt een onderzoeksfase waarin de opdracht gedefinieerd wordt. Juist een moment van ontspanning, bewust of onbewust ingezet, levert de vondst waarbij de denker ‘eureka!’ roept.

creatief procesDesign thinking

In de ontwerpwereld is onderzocht welk proces designers doorlopen wanneer zij een ontwerp maken. Dit proces staat model voor het proces van creatief denken en wordt Design Thinking genoemd.

De aanleiding is een opdracht of een probleem, iets dat de denker uitdaagt en waarbij hij zich persoonlijk betrokken voelt. De kunstenaar die ziet hoe prachtig het avondlicht de gevel van de kerk in gloed zet en het de wereld wil tonen. Een tuinontwerper die zich professioneel betrokken voelt en ernaar streeft zijn klant zo goed mogelijk tevreden te stellen met het ontwerp dat hij maakt. Als Oma niet met haar rollator over de drempels kan voelt mijn zwager zich persoonlijk betrokken en bedenkt een oplossing om een rollatorvriendelijke vloer te creëren. Steve Jobs zag de potentie van het World Wide Web als alle wereldburgers er toegang toe zouden hebben en ontwikkelde een eenvoudig besturingssysteem voor computers. Dit is de start van de Golden Circle waarin de ‘waarom?’ vraag beantwoord wordt, je overtuiging, dat waar je in gelooft. (Simon Sinek, https://www.startwithwhy.com/)

De eerste fase van het model is de onderzoeksfase. Hoe ziet de opdracht er precies uit? Wat wil mijn klant in zijn tuin? Wat is er al over bekend, wie is er al mee bezig, welke kennis is er al over dit onderwerp. Hier onderzoekt en bevraagt de denker het onderwerp, hij vindt kennis bij andere mensen, in boeken en op het internet. De vaardigheid die hij moet beheersen is het stellen van de benodigde vragen: wie, wat, waar, wanneer en hoe. En reflecterend op zijn proces: waarom ook al weer? Uit deze fase komt voort een definiëring van het probleem, het nader preciezeren van de vraag . Mijn klant wil in zijn achtertuin op het westen een zwemvijver die er in de winter ook aantrekkelijk uitziet. Parate kennis is essentieel voor het creatieve proces. Het brein gaat aan het werk met alle netwerken en kennis die het beschikbaar heeft. Met informatie die in de computer zit kan je brein niets, die verbinding kunnen we (nog) niet maken. Dus: hoe maak je een zwemvijver, welke biologische processen vinden daar plaats om het water schoon te houden, hoe leg je het technisch aan, welke planten en dieren leven er in, opzoeken, lezen, informatie verzamelen.

Hieruit volgt de eerste divergente fase. Divergent denken is het denken waarbij er zoveel mogelijk ideeën gegenereerd worden. Een brainstormfase waarbij bewust technieken worden ingezet die nieuwe ideeën opleveren, zoals;  keer het om, hang het in de lucht, doe het onder water, maak het groter, geef het jongen,  combineer het met iets heel anders, maak het eetbaar, enzovoort. Alle ideeën worden genoteerd, niets wordt afgewezen al is het nog zo idioot. Het eerste idee is zelden het beste idee!

Daarna gaan we keuzes maken: convergent denken. Reflecterend op de opdracht zoeken we naar dat idee dat het beste antwoord is, het probleem zo goed mogelijk oplost en voor verdere ontwikkeling in aanmerking komt. Van al die ideeën die we bedacht hebben vallen er nu een aantal af omdat ze niet aan de belangrijkste criteria voldoen; te kostbaar, duurt te lang, past niet, geen geschikt materiaal, enzovoort. Maar we gooien ze niet weg! Het beste idee kan op het eerste oog niet geschikt zijn, maar misschien is dat wel te ondervangen en is het dan toch een supergoed idee.

Tijdens het convergente proces werken onze hersenen intensief om de goede afwegingen te maken en alle argumenten mee te nemen. Ervaren creatieve denkers weten dat het in deze fase nodig is om afstand te nemen en te ontspannen. Ga maar met de hond wandelen of met je zoontje spelen. Slaap er een nachtje over, laat het bezinken en denk er niet meer over na. De creatieve vondst, het eureka-moment, doet zich voor tijdens een moment van ontspanning. Het (archiverende)brein heeft alle informatie kunnen verwerken en brengt nieuwe netwerken tot stand. Plotselinge inzichten net na het ontwaken of tijdens het hardlopen zijn er het gevolg van.

Bij de uitwerking van het idee zul je dit proces van divergent en convergent denken nog vele malen doorlopen om de details uit te werken, nieuwe keuzes te maken en deelontwerpen te maken. Nadat de zwemvijver ontworpen is moet er nog materiaal voor het terras bedacht worden, er moet een schuurtje in stijl komen en een beplantingsplan gemaakt worden. Informatie verzamelen, vraag definiëren, veel ideeën bedenken en keuzes maken. En met regelmaat naar buiten, even bewegen, frisse neus, ontspannen.

Tijdens het hele proces zul je merken dat je steeds reflecteert op voorgaande stadia, van de opdracht tot en met de laatste keuze die je hebt gemaakt. Zo stuur je steeds bij en zorg je ervoor dat je de focus houdt op het probleem dat je wilt oplossen. Uiteindelijk resulteert al je denkwerk in een product, een prototype of een ontwerp, misschien een nieuwe theorie. Voordat je ermee naar buiten treedt evalueer je voor jezelf het proces en het product: is dit het best denkbare antwoord op de vraag? Kan ik al mijn keuzes verantwoorden? Voelt het goed? Dan is het klaar voor de volgende fase: de uitvoering.

 

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Verplichte velden zijn gemarkeerd met *

De volgende HTML-tags en -attributen zijn toegestaan: <a href="" title=""> <abbr title=""> <acronym title=""> <b> <blockquote cite=""> <cite> <code> <del datetime=""> <em> <i> <q cite=""> <strike> <strong>